Discipline en trouw is nodig: drie overwegingen bij de start van het winterwerk
Orden de agenda voor het winterwerkNa het gezin en familieverband is de kerkelijke gemeente de eerstvolgende cirkel van ons bestaan. Het staat niet op gelijke voet met de vrienden van de volleybal, de duivensportvereniging of politieke initiatieven. Het vormt een voorliggende cirkel, waar al het andere achterna komt. Dit bekent dat het ook deze plaats dient te hebben in de ordening van ons winterseizoen. Over de kerkdiensten hoeven we geen punt te maken, want het spreekt vanzelf dat we daar twee keer per zondag aanwezig zijn. Zonder voeding kunnen we niet leven. De kerkelijke gemeente gaat echter over meer dan alleen de zondag, het is geen preekplaats op zich. We zijn aan elkaar gegeven. Geestelijk leven heeft de ontmoeting nodig, de opscherping door elkaar, in kring- of verenigingsverband. Vandaar dat de Bijbelkring, lidmatenkring en het verenigingsleven een plaats dient te krijgen in onze agenda. Voordat we die opvullen met andere zaken. Kies één (of meerdere) initiatieven waar je in elk geval bij wilt zijn, om daardoor gevoed te worden en anderen te ontmoeten in de week. Geef die voor het seizoen begint een onopzegbare plek in je agenda. Draag actief bij in de gemeente op een gebied waar je talenten liggenWie in een kerkelijke gemeente alle initiatieven op een rij zet en vervolgens de namen van mensen die er druk mee zijn, komt geregeld dezelfde personen tegen. Personen die op allerlei vlak hun bijdrage geven. Dat is op zichzelf iets om dankbaar voor te zijn. Tegelijkertijd legt dit ook bloot dat een ander deel van de gemeente het schromelijk laat afweten. Ervaring leert mij door de jaren heen dat dit geen verschil maakt in kleine of grote gemeenten. Het is veelal een relatief kleine cirkel van mensen die de zwaarste last draagt. Daar kunnen we ons over beklagen tegen anderen, maar dat is niet vruchtbaar. De Heere rekent niet met ons naar wat anderen lieten liggen, maar vraagt ons eenvoudigweg te dienen op de van God gegeven plaats. Door anderen te bekritiseren word je zelf niet vruchtbaarder. Wat wel als gulden regel kan gelden, is dat we proberen bij initiatieven te zoeken naar mensen uit een minder actief deel van de gemeente. Vis niet altijd in dezelfde kring. Durf mensen kansen te geven, ook als ze zich op een bepaald gebied niet zo bewezen hebben. Laat iemand een jaar zonder al te veel taken meedraaien in het jeugdwerk, of betrek die jonge handige jongens bij een praktische klus. Probeer maatjes te vinden die elkaar in beweging houden, vanuit de verschillende cirkels van betrokkenheid in de gemeente. Dus niet alleen degene met wie je op al die andere projecten ook zo fijn samen werkt, maar juist diegene die je eigenlijk nergens ziet. Kom ga met ons, doe als wij. Voor onze persoonlijke situatie kunnen we onszelf eenvoudig de vraag stellen; op welk gebied draag ik bij? Niet door afkopen, maar door tijd en liefde te delen? Stel je beschikbaar voor een terrein waar je gaven liggen. Je weet heus wel wat je kunt. Mag de gemeente erdoor gediend zijn? Vrijwillig dienen De Bijbel kent een aantal kernteksten die ons duidelijk maken dat als de Heere het hart in beweging brengt, dit altijd leidt tot vrijwillige dienst aan Hem. Geven in navolging van de Heere. We zien dat bij David, als hij gaven gaat inzamelen voor de tempel. ‘En wie is er willig, heden zijn hand den HEERE te vullen? Toen gaven vrijwillig de oversten der vaderen, en de oversten der stammen van Israël, en de oversten der duizenden en der honderden, en de oversten van het werk des konings’ (1 Kron. 29: 5). Op het moment dat Josafat zich mengt in de strijd, dan zien we dat de mensen zich ervoor geven. ‘Naast hem was Amasia, de zoon van Zichri, die zich vrijwillig den HEERE overgegeven had; en met hem waren tweehonderd duizend kloeke helden.’ (2 Kron. 17: 16) De dienst aan de Heere is een liefdedienst. Of je nu onderdeel bent van de tuinploeg, of leidinggeeft in het kinderwerk, of de kerk stofzuigt. Als je het voor de Heere doet, raak je in mensen niet snel teleurgesteld. Zie het als lofzeggende dienst, om iets van wat Hij gaf aan gaven te delen met het oog op Zijn gemeente. Daar raakt het persoonlijk gebed aan het samen-gemeentezijn. Wanneer de Heere ons hart heeft, krijgt Hij ook onze handen.